Passer au contenu

Pays

Max Holste

Max Holste verlaat Nice in 1925 (op 12-jarige leeftijd) om naar Courbevoie te verhuizen. Zijn vader is overleden en zijn peetvader – vrijwilliger in de Eerste Wereldoorlog, ingedeeld bij de REP- en C27-squadrons – herkent bij zijn petekind de symptomen van het ‘vliegvirus’. De piloot uit de Eerste Wereldoorlog geeft al zijn kennis door aan Max, die op achttienjarige leeftijd in dienst treedt bij de marine luchtvaartschool in Rochefort. In Orly, waar hij vervolgens vijf jaar doorbrengt, raakt Max Holste gepassioneerd door het materiaal. Hij bestudeert en tekent in 1934 zijn eerste vliegtuig – een laagdekker met twee zitplaatsen achter elkaar, aangedreven door een Salmson-motor van 40 pk – waarvan de bouw wordt stopgezet na het faillissement van de timmerwerkplaats waar hij het bouwt.
Na zijn militaire dienst werkte hij achtereenvolgens bij de ontwerpbureaus van Farman in Boulogne-Billancourt en Amiot in Colombes, waar hij meewerkte aan de ontwikkeling van de Amiot 354. Hij bouwde een aantal vliegtuigen voor eigen gebruik, waaronder de MH 20 voor de Coupe Deutsch de la Meurthe, die op 25 juli 1941 zijn eerste vlucht maakte.
Kort na de bevrijding van Frankrijk vestigde Max Holste zijn ontwerpbureau in Laval en begon hij samen met Vincent André op 12 januari 1945 met de bouw van de MH-52[3]. Zodra de oorlog voorbij was, begon Max Holste met de studie en de bouw van de MH 52 voor Établissements Borel onder de merknaam Borand, een tweezits lesvliegtuig dat door de staat zou worden besteld.
In september 1946 richtte de jonge ingenieur de Société anonyme des avions Max Holste op, een bedrijf dat hij begin jaren vijftig in Reims vestigde.
MH.1521M Broussard
In 1951 was het tijd voor de MH 152, een observatievliegtuig. Het bedrijf uit Reims boekte echter succes met een ander toestel: de MH 1521 Broussard, die tot 1961 werd geproduceerd. Vervolgens begon Max Holste met de ontwikkeling van een laatste toestel, de MH 250 Super-Broussard, waarvan het prototype op 20 mei 1959 zijn eerste vlucht maakte en waarvan de bouw werd overgenomen door Nord-Aviation, dat er de Nord 260 en vervolgens de Nord 262 van maakte.
Max Holste werd door de Amerikaan Cessna, die meerderheidsaandeelhouder was geworden, uit het bedrijf gezet waarvan hij voorzitter was en ging in ballingschap in Brazilië, waar hij het prototype bouwde van een commercieel vliegtuig, de Bandeirante, een tweemotorig vliegtuig waarvan ongeveer vijfhonderd exemplaren werden geproduceerd door het bedrijf dat sindsdien Embraer is geworden.
Max Holste keerde terug naar Frankrijk om daar zijn leven te eindigen. Hij was officier in het Legioen van Eer, drager van de luchtvaartmedaille en stierf daar in 1998 in anonimiteit. Max Holste ligt begraven op de begraafplaats van Hyères (Var).
Interessante informatie op: https://www.mh-1521.fr